Het gevaar van de Euro!

HET GEVAAR VAN DE EURO!

Geplaatst op mei 8, 2010
door F.J.A.M. van der Helm

Van alle kanten in Europa was er enthousiasme te bespeuren toen op 1 januari 2002 de Europese munt werd ingevoerd. De munt zou moeten concureren met de dollar en volgens Minister van Financien Zalm, waren er alleen maar voordelen verbonden aan de nieuwe munt. Sceptici vroegen zich toen reeds af of het slechte en goedkope bankpapier misschien symbolisch was voor de kunstmatig gecreerde munt.

De- en revaluatie

In het naoorlogse Europese landschap bleek al spoedig dat zes landen op ondemocratiche wijze bezig waren met de oprichting van de EEG, de verre voorloper van de EU. De zes landen waren: de Benelux, Duitsland, Frankrijk en Italie. Het was een economische handelsunie, waarbij het de bedoeling was om onderling de grenzen voor goederen en personen zoveel mogelijk af te schaffen. De landen hadden hun eigen nationale munt, doch om de handel en het vertrouwen in de munt te handhaven, bestond er een systeem van spilkoersen met een kleine marge, waarvan de munt mocht afwijken. Financiele debacles bij het zaken doen in het buitenland werden op deze wijze geminimaliseerd. Zakte de koers te ver weg, dan moesten de Centrale Banken de munt die onder druk stond gaan steunen door aankopen te verrichten. Zouden steunaankopen niet langer helpen dan volgde een devalutatie. Omgekeerd kon bij een sterke munt de koers door het plafond gaan en moesten de Centrale Banken deze munt verkopen om de koers weer binnen de afgesproken grenzen te krijgen. Bleef de koers van de munt te hoog, dan volgde revaluatie.

De munt is een afspiegeling van de nationale handelsbalans. Bij grote tekorten op de balans dient de munt gedevalueerd te worden om de balans weer in evenwicht te krijgen. Werd in een land de munt gedevalueerd, dan werd de munt goedkoper voor het buitenland. Het land werd goedkoper voor het buitenland, hetgeen de export ten goede kwam. Invoer werd daarentegen problematischer omdat de munt minder waard was geworden en er meer munten moesten worden betaald om de buitenlandse producten te kopen. Het systeem was niet zaligmakend, maar er was onderling voldoende vertrouwen omdat de Nationale Banken actief bezig waren, de afgesproken spilkoersen op niveau te houden.

Toen de Euro kwam, viel het wapen van de- en revaluatie weg. De Euro was niet langer een afspiegeling van de Nationale balans. Tegen dit gevaar is destijds door schrijver dezes gewaardschuwd. Griekenland en diverse andere Zuideuropese landen hebben momenteel te kampen met handelstekorten, waardoor hun interne boekhouding onder druk staat. Dit veroorzaakt de spanning tussen de voor hun te dure euro en de handelsbalans. Griekenland heeft een te grote broek aan. Met allerlei hulp- en redmaatregelen gaan financiele autoriteiten nu proberen de Griekse economie te steunen met subsidies in de vorm van goedkope leningen. Dit is de dwaasheid ten top! Het enige structurele middel wat er moet gebeuren is opnieuw de waarde van de Griekse inbreng te bepalen. Bestonden de nationale munten nog dan zou dit betekenen: een devaluatie!

inflatie

Een ander gevaar bij de Euro is inflatie. Inflatie of geldontwaarding verschilt ook per deelnemend land. Ook tegen dit gevaar heb ik destijds gewaardschuwd. Is in Nederland de inflatie enkele jaren achter elkaar 2% en in Portugal enkele jaren 5% dan is dezelfde euro in Nederland meer waard dan in Portugal. Dat is raar. Wel een euromarkt, maar tevens verschillende waarden van de munt. Wanneer men een prijskaartje ziet bij C&A dan valt op dat een bepaald artikel in Duitsland, Belgie, Nederland en Frankrijk een verschillende prijs heeft. Dat is gek natuurlijk bij een markt en een munt. Maar het is noodzakelijk, omdat de lonen en koopkracht bij de verschillende landen anders zijn. Dezelfde euro is in het zuiden meer waard voor noorderlingen. Het zou gek zijn wanneer we in Nederland per provincie andere prijzen zouden hebben. Dat zou een teken zijn dat de financien niet op elkaar zijn afgestemd. Precies, dat is in Europa ook het geval. De boekhouding is niet goed op elkaar afgestemd. De boekhouding blijft -gelukkig- een nationale aangelegenheid. De euro wordt van bovenaf opgelegd. En dan wringt. De euro had nooit ingevoerd moeten worden. Minister Zalm wilde in 2002 van mijn kritiek niet horen en wuifde alles weg als indianenverhalen. Jammer, dat hij niet verder kan kijken dan zijn neus lang is. Was Zalm ook niet werkzaam bij DSB? en is hij nu niet d ‘grote’ man van de afgeslankte ABNAMRO? Politieke baantjes, die helaas weinig te maken hebben met bekwaamheid.